Het boeddhisme wordt in het westen steeds populairder. Wereldwijd heeft het boeddhisme ongeveer 415 miljoen aanhangers; in Nederland tussen 36.000 en 50.000. Exacte aantallen zijn onmogelijk te geven omdat – in tegenstelling tot de christelijke kerk bijvoorbeeld – er geen registers zijn waarin mensen die zich boeddhist noemen geregistreerd zijn. Daarbij rijst natuurlijk nog de vraag: wat is een boeddhist? Is dat iemand die mediteert? Iemand die de eerste vijf leefregels volgt?
De toename van het aantal mensen in het westen dat zegt affiniteit te hebben met het boeddhisme, wordt vooral toegeschreven aan het beeld dat het een vredige, tolerante religie is. Het lijkt of het boeddhisme heilig is; er binnen de boeddhistische tempels of kloosters nooit iets gebeurt dat niet door de beugel kan.
Maar is dat wel zo? Om die vraag te beantwoorden moeten we een scheiding maken tussen de boeddhistische leer enerzijds, en hoe deze in de dagelijkse praktijk wordt gebracht anderzijds. Van de boeddhistische leer kunnen we gerust stellen dat deze vredelievend is: de vijf leefregels die een leidraad zijn voor zowel monniken nonnen maar ook leken, laten zien dat de boeddha verdraagzaamheid en vredelievendheid predikte.
De praktijk blijkt helaas weerbarstiger. Helaas laat zowel de geschiedenis als de actualiteit zien dat ook het boeddhisme de nodige misstanden kent. De vijfde Dalai Lama bestreed andere hoge lama’s. In Sri Lanka heeft een burgeroorlog tussen hindoes en boeddhisten 70.000 levens geëist. En natuurlijk kunnen we ons nog de beelden herinneren van de recente Rohingya moslims in Myanmar.
Je kunt je dus afvragen: ligt dit aan de leer van de boeddha, of zijn het de mensen die de leer niet goed interpreteren, of is het misschien zo dat het ego of verlangens van sommige beoefenaars toch sterkere krachten zijn dan het voornemen om een eerzaam en deugdzaam leven te leiden?
Recente reacties